“Innovatie, implementatie en kwaliteit –
een onlosmakelijke driehoek”
Dr. John Verhoef, Lector Eigen Regie bij Fysiotherapie & Beweegzorg, Faculteit Gezondheidszorg Leiden
Dr. John Verhoef is voor velen een bekende naam in de fysiotherapie. Van eerst praktiserend fysiotherapeut en bewegingswetenschapper is hij zich in zijn carrière steeds meer gaan richten op onderwijs en onderzoek met het uiteindelijke resultaat een lectoraat aan Hogeschool Leiden. Als fysiotherapeut heeft John Verhoef zowel in de eerste- als tweede lijn gewerkt. “Om als wetenschapper goed onderzoek te kunnen verrichten, moet je de praktijk ook goed kennen”, geeft John aan. Wat voor hem onomstotelijk vaststaat is dat innovatie, implementatie en kwaliteit een onlosmakelijke driehoek vormen.
Kwaliteit binnen de fysiotherapie
“Er is veel discussie over wat er nu verstaan wordt onder goede kwaliteit van zorg. Kwaliteit moet je meten, maar wat meet je precies? Ik vind vooral dat ‘patient values’, anders gezegd ‘value based healthcare’ de belangrijkste indicator voor kwaliteit moet zijn: Wat voegen wij als praktijk toe aan de kwaliteit van leven? En hoe richten wij onze behandelingen en protocollen daar op in?”
Kwaliteit als economisch motief
“Tot voor kort heeft het in kaart brengen van kwaliteit te veel een economisch motief gekregen. Fysiotherapeuten moeten vaak informatie verplicht vastleggen, waarvan zij zelf niet altijd het nut inzien. Ik denk dat veel fysiotherapeuten daarom terughoudend zijn om allerlei informatie op te vragen bij patiënten. Gelukkig is er nu een kentering gaande en wordt value based healthcare steeds meer omarmd. Hopelijk wordt hierdoor het meten ten behoeve van kwaliteit, innovatie en implementatie weer door alle fysiotherapeuten als leuk en nuttig ervaren”.
“Worden de uitkomsten ook gebruikt om eigen handelen te verbeteren? Geef je patiënten inzicht in wat het hen oplevert? Benchmark je de resultaten van jouw praktijk met collega’s in de regio en landelijk? Als de antwoorden hierop ja zijn, dan begrijp je naar mijns inziens de definitie van kwaliteit – continu het best mogelijke resultaat willen bereiken voor jouw patiënten (value based werken).”
Innovatie binnen de fysiotherapie
“Innovatie valt niet in 1 definitie te vangen. In theorie hanteren wij, vanuit het onderwijs, de definitie vanuit de MKB servicesdesk. Een fysiotherapiepraktijk is eigenlijk ook een MKB bedrijf en daarmee vergelijkbaar. De MKB servicedesk geeft aan dat de letterlijke vertaling van innovatie, vernieuwing is. Alleen op welk onderdeel ga je innoveren? Ga je strategisch, technisch of bijvoorbeeld op sociaal vlak innoveren? Op welk niveau je ook gaat innoveren, uiteindelijk draait het om de implementatie. Dit is waarom een platform als het Innovatie Platform Fysiotherapie zo belangrijk is. Innovatie, implementatie en kwaliteit moeten vervlochten zijn met elkaar. Door een verbindende schakel te zijn in het bij elkaar brengen van alle stakeholders die hier een rol in kunnen spelen, breng je innovatie tot leven!”
“Een goed idee of creatieve oplossing is nog geen innovatie. Het moet uitvoerbaar zijn en aantoonbaar werken.”
Aantoonbaar betere resultaten halen
“Vernieuwen om het vernieuwen, daar gaat de fysiomarkt het niet mee redden. Er is innovatiekracht nodig om iets in gang te zetten. Vervolgens moet het meetbaar gemaakt worden, welke parameters zijn hiervoor nodig? Wat willen wij? Wat kunnen wij? Is het probleem wel zo groot? Heb je al goed gekeken wat er al in de markt is?”
“Een idee wordt vaak in de markt gepusht zonder goed plan of innovatiemodel toe te passen. Mijn advies is om meteen al de juiste stakeholders (waaronder je patiënten) bij het implementatieproces te betrekken. Niet eerst produceren en dan de markt in pushen.”
“Zorg voor co-creatie met de eindgebruiker vanaf het startpunt.”
Onderscheid tussen kwaliteit en innovatie
“Als je kwaliteit wilt behouden, moet je weten wat de uitkomst is. Binnen kwaliteit heb je verschillende standaarden, zoals: patiënttevredenheid, veiligheid, doelmatigheid en efficiency. Als je ziet dat je op 1 van de onderdelen niet meer in de pas loopt, dan moet je gaan kijken naar een veranderslag en dan zit je al snel op het stuk innovatie. Het is onlosmakelijk met elkaar verbonden.”
“Stel, je ziet uit de PREM-lijsten terug dat je een lagere beoordeling krijgt door een gedateerde behandelkamer. Dan is een nieuwe behandelbank aanschaffen en de behandelkamer meer aankleden ook innovatie. Het hoeft niet altijd ingewikkeld te zijn, maar je moet er wel oog voor hebben. In het bedrijfsleven zie je dit mooi terug. Nummer 1 ergernis bij mensen is bijvoorbeeld het pauzemuziekje bij het wachten aan de telefoon. Sommige bedrijven hebben vanuit deze constatering het doodsimpel opgelost. Zij geven hun klanten nu een keuze of ze wel of geen wachtmuziekje willen. Hierdoor scoren zij ineens veel hoger op klanttevredenheid.”
“Innovatie hoeft niet altijd ingewikkeld te zijn, maar je moet er wel oog voor hebben.”
Succesvol implementeren van een innovatie
“Ik heb al heel wat jaren ervaring in de zorgbranche. Wat mij opvalt is dat er veel oplossingen worden ontwikkeld door bijvoorbeeld ‘medewerkers op afstand’, zonder dat zij zelf praktijkervaring hebben in het domein waarin de mogelijke oplossing moet gaan werken. Zij verwachten dan dat een zorgverlener het idee tot uitvoer gaat brengen. Of het werkbaar is, is dan niet of veel te beperkt getest. De vraag die gesteld had moeten worden is: stel dat ik het zelf moet doen? Kan ik hier dan mee werken. Hiervoor dien je de pet van initiatiefnemer af te zetten en de pet van behandelaar op te zetten.”
De rol van een kennisinstituut binnen het Innovatie
“Kennisinstituten kunnen met name een belangrijke rol vervullen in het verrichten van onderzoek, het verzamelen van best practises en de juiste stakeholders betrekken bij het project. Daarnaast kunnen wij meedenken en het helpen toepassen van de verschillende innovatiemodellen, zoals bijvoorbeeld het innovatiemodel van Wensing en Grol. Wij kunnen bij bepaalde onderwerpen ook een koppeling maken om studenten mee te laten werken aan zo’n onderzoek. Het vertalen van een praktijkvraag naar een onderzoekbare vraag is vaak een hele klus. Studenten kunnen veel leren in een dergelijk traject en maken kennis met het proces van doen van onderzoek: van vraag naar antwoord.
De rol van het Innovatie Platform Fysiotherapie
“Ik zie het IPF in deze startfase als kennismakelaar. Zij kunnen voor ons een belangrijke rol vervullen in het verzamelen van fysiotherapiepraktijken die willen innoveren. Daarnaast kunnen wij op onze beurt een goede sparringpartner zijn voor innovatieve praktijkeigenaren. Door de matchmaking regionaal in te richten, kunnen wij reageren op projecten uit onze eigen regio en hier op onze beurt ook weer de juiste stakeholders aan koppelen zoals gemeenten, patiënten/cliënten(organisaties) en andere (para)medici. Als kennisinstituut hebben wij een belangrijke netwerkrol in onze regio. Wij kunnen praktijken dan ook helpen met de juiste verbintenissen te maken. Ook hebben wij ingangen voor subsidieaanvragen. Hopelijk groeit het IPF uit tot een landelijke broedplaats van innovaties in de fysiotherapie. De belangrijkste toetsingscriteria om er aan mee te werken zijn voor ons:
- De fysiotherapeutische relevantie moet aangetoond zijn;
- Er dient literatuuronderzoek aan gekoppeld te zijn en er worden data verzameld die kunnen worden geanalyseerd rekening houdend met wet- en regelgeving;
- Het moet bijdragen aan een verbetering van de dagelijkse praktijk;
- Als er studenten aan gekoppeld worden, dan moet de onderzoeksvraag toereikend genoeg zijn om een student (in ons geval 4 studenten, dit varieert per Hogeschool) er een half jaar fulltime onderzoek naar te laten doen.”
Lopende innovatieve projecten
“ Op dit moment zijn er al enkele innovatieve projecten binnen de fysiotherapie waar wij vanuit de Hogeschool Leiden bij betrokken zijn. Wij zijn nu bijvoorbeeld bezig met een 2-jarig project om alle relevante factoren binnen beweegzorg in kaart te brengen met het doel om te stimuleren dat mensen na beëindigen van de therapie zolang mogelijk met een gezond beweeggedrag door blijven gaan. Hiermee willen wij beweeggedrag duurzaam veranderen. Er moet hierbij niet alleen gekeken worden naar persoonlijke factoren, maar ook naar allerlei omgevingsfactoren. Wat heeft iemand zelf nodig om duurzaam gezond te blijven bewegen? Dit is een initiatief dat is aangedragen vanuit de fysiotherapiepraktijken, omdat patiënten zo snel na behandeling weer terugvallen in oud beweeggedrag. Wij hebben dit vanuit Leiden gezamenlijk opgepakt met de Haagse Hogeschool en Hogeschool Rotterdam. Onze netwerken zijn op deze wijze ook betrokken en we delen onze kennis binnen het samenwerkingsverband van Vitale Delta (www.vitaledelta.nl).